Nieuws van Venturelli

Fietsroutes in de kijker: Van Veenplas tot Heuvelrug

Fietsroutes in de kijker: Van Veenplas tot Heuvelrug

05 januari 2021

Van Veenplas tot Heuvelrug (Bilthoven - Utrecht)

Deze route is ongeveer 30 km lang.
Het is een route met zeer uiteenlopende landschappen van IVN De Bilt.
Karakteristiek is de kleinschaligheid: Agrarisch landschap met weilanden, rechthoekige akkers, houtwallen en geriefbosjes. Verder vind je stuifzanden, landgoedbossen en heide. Naar het westen zie je een zogenaamd slagenlandschap: langgerekte weilanden gescheiden door slootjes. Door de grote afwisseling is de biodiversiteit hoog. Meer weten over IVN De Bilt? Deze fietsroute is gemaakt door de vrijwilligers van IVN De Bilt.

 

1De Bilt
De Bilt is een plaats in Midden-Nederland met zo'n 60.000 inwoners in zes kernen. Tussen de Utrechtse Heuvelrug (die loopt van Grebbeberg tot Gooimeer) in het oosten en met de veenplassen in het westen. De gemeente De Bilt heeft een verloop van hoog, droog en voedselarm in het oosten naar laag en vochtig in het zuidwesten. Dit grensgebied tussen de Heuvelrug en Kromme Rijngebied was aantrekkelijk als vestigingsplaats. De inwoners waren veilig voor wateroverlast, maar verzekerd van drinkwater en vruchtbare grond. Karakteristiek is de kleinschaligheid van het landschap: Agrarisch met weilanden, rechthoekige akkers, houtwallen en geriefbosjes en landgoedbossen en heide. Naar het westen een slagenlandschap: Langgerekte weilanden, gescheiden door slootjes. Door de grote afwisseling is de biodiversiteit hoog. De inrichting van het landschap kun je zo benoemen: Begroeiing (wat voor bomen en planten zie ik), Begrazing (welke dieren lopen er?), Begrenzing (sloten, houtwallen, prikkeldraad of andere manieren om land af te bakenen)

2Zes kernen
De gemeente De Bilt bestaat uit zes kernen. De namen maken de geschiedenis van gebied en landschap duidelijk. De Bilt, een "bult" in het vlakke landschap. Bilthoven, aanvankelijk niet meer dan een halteplaats van de trein Utrecht-Zwolle, later een aantrekkelijk vestigingsgebied (een 'hof') voor de welgestelden. Hollandse Rading ('raai' betekent grens) op de grens van de provincies Utrecht en Noord-Holland. Westbroek ('broek': Nat, vochtig gebied), midden in het veen. Maartensdijk ligt in een veenontginningsgebied, waarvan de patroon St. Maarten was. Groenekan tenslotte verwijst naar de 'groene kant' van de stad Utrecht. Of naar de naam van een herberg waar een groene kan buiten hing.

3De Biltse Duinen
De Biltse Duinen, een bos- en stuifzandgebied, heeft jaren onder druk gestaan van grondbezitters die hun terrein nog verder wilden vergroten. En door de uitbreiding van een golfbaan. Beide plannen zijn voorlopig van de baan. Het gebied is inmiddels aangewezen als beschermd gemeentelijk landschapsmonument. Tot halverwege de jaren vijftig reed er de buurtspoortrein De Bilt -Zeist. Ook was er een militaire schietbaan. Het gebied was tot begin twintigste eeuw veel vochtiger. Het grondwaterpeil was toen zo'n twee meter hoger. Aan weerszijden lagen moerassige heidegronden, met soms wat veenvorming. Het is nu waterwingebied, en net als de wijde omgeving, sterk verdroogd. Aan de rand van het stuifzand liggen zogenaamde forten, verhogingen, ontstaan doordat het stuivende zand aan de rand van de zandverstuivingen wordt vastgelegd tussen de bomen. Je ziet hier mooie exemplaren van ingestoven grove dennen en eiken. De dennen zijn veelal 'vliegdennen', een grove den die zich spontaan heeft gevestigd. In tegenstelling tot de aangeplante grove dennen hebben ze een lange penwortel, een wortel die recht naar beneden groeit en de boom stevigheid geeft. Grove dennen zijn geplant om het stuiven van het zand tegen te gaan. In het gebied vind je verder spontaan gegroeide eiken en berken en de Amerikaanse vogelkers.

4Houdringe
Houdringe is door de overgang van de Utrechtse Heuvelrug naar het Kromme Rijngebied een landgoed met veel variatie. Op de hogere delen lagen vroeger akkers, op de wat nattere delen graasden koeien, op de heide liepen de schapen. Door het opbrengen van potstalmest werd het terrein langzaam hoger en ontwikkelden zich oude bouwlandgronden. Deze enkeerdgronden bedekken een groot deel van Houdringe. Het is nu een gemengd parkbos met een grote variatie aan bomen, poelen en sloten. De graslanden worden begraasd door Lakenvelders.

5Grift
De Grift was vanaf de aanleg in de zeventiende eeuw de belangrijkste vaarweg tussen Utrecht, De Bilt en Zeist. Over het water werden luxe artikelen vervoerd als wijn en tabak maar ook turf, mest en bouwmaterialen en huisraad voor buitenplaatsen als Vollenhove en Slot Zeist. De Bilt had toen een haven (Jacobssteeg). Sluizen waren er aan de Utrechtseweg. Vervoer over de weg maakte de waterverbinding overbodig. De laatste transporten waren eind jaren veertig. Bij de sluis stond ooit een vingerhoedfabriek. Om de machines te laten draaien, werd gebruik gemaakt van het hoogteverschil in de waterweg

6Landgoed Sandwijck
Van oorsprong was Sandwijck een grote boerderij (uithof) van het klooster Oostbroek waaruit de landerijen van het, inmiddels verdwenen, klooster werden bewerkt en beheerd. De laatste boer is in de jaren tachtig vertrokken waarna Sandwijck een natuurbestemming kreeg. Het heeft rustgebieden voor reeën, hazen, vogels, vleermuizen en ringslangen ongestoord kunnen leven. Bij het huis is de tuin in Engelse landschapsstijl aangelegd: Kronkelende paden onverwachte doorkijkjes, hoogteverschillen, vijvervormen 'vermomd' als rivieren, bloemrijke weilanden, solitaire bomen, bosschages langs de randen en bijzondere bouwwerken, op Sandwijck een nepkapelletje. Op Sandwijck staan oude bomen waaronder een aantal exotische exemplaren, zoals een imposante gingko. In het voorjaar staat het onder de bladverliezende loofbomen vol met stinzenplanten zoals krokus, sneeuwklok en daslook. Ooit ingevoerd om bezoekers te imponeren. Inmiddels zijn de stinzen ingeburgerd. Insecten halen er hun nectar uit. Langs de weilanden lopen houtsingels en staan groepjes met bomen, een 'beschermde route' voor dieren. kunnen verplaatsen. Vleermuizen gebruiken de singels voor hun oriëntatie als ze s nachts op jacht zijn naar voedsel. De sloten hebben natuurlijke oevers en zijn er een aantal natuurvijvers, met kwelwater. Begroeide, aflopende oevers geven beschutting aan insecten, kikkers, padden, ringslangen en libellen maar ook aan kleine zoogdieren zoals bunzing, hermelijn en wezel. Grotere dieren kunnen makkelijker drinken. De weilanden worden niet langer bemest zodat ze verschralen en er bloemen zoals pinksterbloem, rode klaver en koekoeksbloemen verschijnen. Brandrode runderen, een oud-Hollands koeienras, helpen het grasland beheren.

7Fort De Bilt
In het park rondom Fort De Bilt staan een paar zeer bejaarde bomen. Onder andere een paar heel oude schietwilgen, beter bekend als knotwilgen. Deze zijn in jaren niet geknot en toch redelijk intact gebleven. De takken scheuren af als ze te hoog worden, maar hier is dat niet gebeurd. Brandnetels, braam en vlier wijzen op veel stikstof in de bodem. De grond is dan waarschijnlijk vervuild of te zwaar bemest. Of herhaaldelijk als picknickplek gebruikt.

8Voorveldse pad
9De Hooge Kampse Plas
De Hooge Kampse Plas is in de jaren zeventig ontstaan als zandwinningsput voor de aanleg van de A27. Aanvankelijk was de plas zo'n twintig meter diep met helder water en rietbegroeiing. 's Winters vroor de plas nooit helemaal dicht, waardoor ze een trekpleister was voor overwinterende watervogels, die hun broedgebied hebben in Noord-Europa en Siberië. Zo fraai bleef het niet. In de plas werden grote hoeveelheden bedrijfs- en ziekenhuisafval en verontreinigd slib gestort. Het water werd troebel en ging stinken. De zandput werd bekend als het 'stinkgat' bij Groenekan. Langs de plas werden een fietspad en een ruiterpad aangelegd, maar recreatieve waarde had de plas verder niet. Behalve voor vogelspotters, want de vogels bleven nog wel komen. De ecologische waarde van de plas is groot op dit kruispunt van natuurgebieden: het Noorderpark, het Kromme-Rijngebied, de weilanden tussen Groenekan en Westbroek en de bossen in het oosten. In zo'n overgangsgebied gedijen veel plantensoorten en komen veel soorten broedvogels voor. Om de natuurwaarde te behouden wil het Utrechts Landschap - sinds 2003 beheerder van de plas - schone grond storten om de plas ondieper te maken en zo de groei van waterplanten te bevorderen. Ook worden er slikkige eilandjes gemaakt, waarop water- en moerasvogels foerageren. Door de oevers plaatselijk langzaam te laten aflopen, ontstaan gunstige omstandigheden voor oeverbegroeiing, waardoor de broedmogelijkheden voor water- en moerasvogels toenemen. Bovendien krijgt moerasflora een kans.

10Huize Voordaan
11Molen Geesina
12Fort Ruigenhoek
Fort Ruigenhoek maakt deel uit van de Hollandse waterlinie. Op dit fort zijn bomen komen aanwaaien of geplant, vooral eiken, iepen, linden en kastanjes. Beuken zijn te kwetsbaar. Het hout diende zo nodig ook als geriefhout. Of om kazematten te camoufleren. Stammetjes en takken werden dan tussen de 'rekken' gestoken, die op de deze groepsverblijven nog goed zichtbaar zijn. Als lage vegetatie vind je vooral klaver en raaigas, goed om de grond bij elkaar te houden. De vegetatie werd kort gehouden door geiten. Met als nadeel dat ze grond vertrapten, waardoor geulen ontstonden. In de bomen zitten ooievaarsnesten. Als de ooievaars zijn uitgevlogen, blijven er insecten achter. Dit trekt weer andere, kleine vogelsoorten. Af en toe laat zich ook de ijsvogel zien. Verder vind je er reigers en soms cirkelen buizerds rond. De witte en witgroene 'vlekken' op de muren zijn korstmossen, een soort schimmels en wieren. Korstmossen wijzen op zuivere lucht. Opmerkelijk: In dit fort is geen kolonie vleermuizen. Daarom wordt dit fort niet, zoals veel andere forten, vanaf september gesloten om de vleermuizen te laten overwinteren. Wel zijn er dassen, vossen en ringslangen. Vanaf Ruigenhoek zie je Overvecht, een Utrechtse wijk die pas gebouwd kon worden nadat de 'kringwet' was opgeheven. Deze hield in dat binnen het schootsveld van het fort geen woningen mochten worden gebouwd.

13Bert Bospad
De route gaat hier rechtsaf . Maar een andere keer zou je rechtdoor kunnen fietsen, richting Westbroek, naar het Bert Bospad, een schitterend wandelpad. Om bij het pad te komen fiets je door Westbroek heen. Ongeveer 200 meter na de Gereformeerde kerk begint aan de rechterkant het Bert Bospad (er staat een bordje). Het Bert-Bospad loopt dwars door de Westbroekse Zodden. Na het einde van de turfwinning, die tientallen jaren het beeld bepaalde, veranderde dit gebied in een moerasbos. Een bos sterk afhankelijk van het grondwater met vooral elzen en berken. Om het gebied meer 'open' te maken is het moerasbos gekapt. In het open water onstonden schraalland en trilvenen/drijftrilvenen, water, weiland en zodden. Links een moerasbos met zwarte els en grauwe wilg. In de onderbegroeiing pluimzegge, die hier in hoge pollen groeit. Ook staan hier verschillende varensoorten. Rechts een brede sloot met pijlkruid, grote egelskop, zwanenbloem, kikkerbeet, watergentiaan. Op de kant onder meer moerasvergeet-me-nietje, moerasrolklaver, moeraswalstro. En verder de rietchoris, een Europese orchidee, en krabbenscheer, dat deels onder water groeit. Op de trilvenen en drijftilvenen groeit het zeldzame slank wollegras. Tussen de veenmossen is ronde zonnedauw zien. Luister naar de verschillende vogels in het moerasbos (mezen, vinken, roodborst) en in het riet (karekiet, rietzanger, rietgors). Boven de legakkers en petgaten vliegen (purper)reiger, ooievaar, lepelaar en roerdomp. En verschillende soorten roofvogels. In het vroege voorjaar broeden in dit gebied zwanenparen.

14Noorderpark
Plan Noorderpark is een groot project voor natuurinrichting en recreatie in de gemeenten De Bilt, Stichtse Vecht en Utrecht. Het bleek niet eenvoudig belangen van boeren, natuurbeheerders en recreanten te verenigen. Langs de weg zijn nieuwe boerderijen gebouwd als compensatie van gesloopte boerderijen. Het landschap is ruim en weids. Het gebied bestaat voornamelijk uit veengrond.

15Leeuwenpalen
Op de Floris V Weg zien je de grenspalen ('leeuwenpalen') tussen Utrecht en Holland. Er waren voortdurend conflicten waren over het gebruik van de veengebieden. Door de ontwatering van de veengebieden was het gebied geschikt geworden voor de profijtelijke turfwinning. In 1526 stelde de bisschop een grenslijn vast en kwamen de zogenaamde 'leeuwenpalen'. Je ziet ze ook nog langs de Vuursche Dreef. Kort na het Schepersveld zie je links, de Hollandsche Sloot. Dat was vroeger een trekvaart met jagerspad ernaast. Dat is inmiddels verworden tot zandpad met droge greppel in eveneens één rechte lijn richting noorden, naar de Zuiderzee.

16Maartensdijkse Bos
De Dorpsweg, waaraan landgoed Eyckenstein ligt, is één van die ontginningsassen van het veen. In het Maartensdijkse Bos is goed te zien hoe het veen vroeger is afgegraven in lange slagen. Eerst werden de slagen als akker gebruikt. Later, na inklinking en vernatting, vooral als weiland. Maartensdijk was ooit in oppervlak de grootste gemeente van Nederland.

17Het landgoed Eyckenstein
Het landgoed Eyckenstein ligt op de rand van het zandgebied, net in het overgangsgebied tussen de stuwwal en het veen, in het laatst uitgegeven ontginningsgebied. In noordelijke richting wordt de bodem steeds schraler (voedselarmer) en zijn nog heideveldjes te vinden. Daar staan voornamelijk naaldbomen. Ook het zuidelijke deel ligt op zandgrond, maar daar is het duidelijk voedselrijker. Het park is ontworpen door tuinarchitect Leonard Springer. In Engelse landschapsstijl, met doorkijkjes, vergezichten, gebogen paden waarbij het bij iedere bocht een 'verrassing is wat er te zien valt. Het hele landgoed is ongeveer 400 hectare groot . Daarvan ligt 185 ha aaneengesloten bij het landhuis. Grotendeels bestaat dit gebied uit bossen, maar ook uit boerderijen met akkers en weilanden. Het aaneengesloten deel met z'n langwerpige vorm strekt zich uit van het landhuis naar het noorden tussen Hollandsche Rading en Lage Vuursche en is bijna 4 kilometer lang en op het breedste punt zo'n 700 meter breed. Bij het landgoed horen een biologische boerderij, een biologische tuinderij en een kruidentuin.

18Onduidelijke verkeerssituatie
Ondanks het verkeersbord mag je hier met de fiets doorrijden. Verderop staat een bord met de aanwijzing dat fietsers moeten afstappen i.v.m. een obstakel op de weg. Ook de bordjes van het Utrechts Landschap spreken elkaar tegen. Hier fietsen wordt in ieder geval gedoogd.

19Richting beginpunt
Nog een klein stukje rechtdoor en je bent weer bij het vertrekpunt! Meer weten over IVN De Bilt? Of wil je wat melden over deze route? Deze fietsroute is gemaakt door de vrijwilligers van IVN De Bilt. Benieuwd wat onze vrijwilligers nog meer doen? Bezoek dan eens onze site www.ivndebilt.nl. Heb je wat te melden over de route? Klopt er iets (niet) meer? Of heb je een aanvulling op de informatie? Laat het ons weten via routes@ivndebilt.nl.

 

Reserveer een test moment

Reserveer

Zoek een Venturelli dealer dichtbij, in je buurt

voeg je postcode in en we vinden alle dealers in je buurt.

Download de Venturelli Catalogus

Download